Voor vroeg, een stevige, witte bloemkool met grove korrel. Ook geschikt voor weeuwenteelt.

Zaaien onder glas, in perspotjes van Ø 5 cm. Kiemduur 10 à 14 dagen, bij 22 à 25°C. Uitplanten in een goed bewerkte en rijk bemeste grond. De planten worden ca. 1 meter hoog en bloeien met fraaie gele bloemen met een rood hart. De vruchten regelmatig oogsten, anders worden er geen nieuwe gevormd. Wordt ook als siergewas aangeplant.

Pronto is een duidelijke verbetering van de gewone Rucola. Het blad is dieper en fijner ingesneden, het groene blad heeft een nootachtige, prettig pikante, licht peperige smaak. Een uitermate mooi en snelgroeiend ras. Tijdens de wintermaanden in grote pot binnenshuis op te kweken. Zaaien in de volle grond op regels. Kiemt snel. Zaai met tussenpozen van 2 weken om regelmatig vers te kunnen oogsten. Oogstbaar als de blaadjes 10-15 cm lang zijn.

Een mengsel van rode en groene slatypes, aangevuld met kervel, veldsla, roodloof en andijve.

Een snelgroeiende snijsla met een afwijkende teeltwijze. In een onverwarmde hobbykas kan soms al vanaf half februari, begin maart op regels worden gezaaid. De rijafstand is ca. 15 cm en vrij dik zaaien. Wel voorzichtig met water geven, het tere dicht op elkaar staande blad is wel extra gevoelig voor smet. Later op dezelfde manier buiten in de vollegrond zaaien. Oogsten als het blad 10-15 cm lang is. Kan dus ook uitstekend in potten worden gezaaid. Vooral geschikt voor de voorjaars- en herfstteelt.

Vooral voor de voorjaars- en zomerteelt, maar zeker ook voor de herfstteelt. Zwartzadig allround ras, met botermalse stevige vaste kroppen en met een goudgeel hart. De fraaie roodkleuring van het blad gaat vaak samen met boterzacht blad. Kan onder glas (wel ventileren bij warm weer) en half maart ter plaatse worden gezaaid. Zaaisels 's zomers koel houden. Ruim uitdunnen en bij droog weer voldoende vochtig houden. Sla kan al bij zeer koele temperaturen (> 10ºC) worden gezaaid.

Une variété de tomates à gros fruits aplatis et côtelés, principalement pour la culture à l'extérieur. Poids du fruit environ 150 grammes. Semer dans un bac à semis et dès que les jeunes plants sont maniables, les repiquer dans des pots (à terreau comprimé). Plus tard, les replanter en serre ou à l'extérieur dans un endroit chaud et bien abrité. Etêter la tige principale après le 4ième bouquet. Oter les gourmands qui naissent à l'aisselle des feuilles . Après un certain temps, mettre un peu d'engrais à tomates.

Une espèce fiable, quelque peu ancienne pour serre et pleine terre. Assez résistante aux maladies des tomates. Produit de belles tomates rondes d'environ 90 grammes. Semer dans un bac à semis et dès que les jeunes plants sont maniables, les repiquer dans des pots (à terreau comprimé). Plus tard, les replanter en serre ou à l'extérieur dans un endroit chaud et bien abrité. Etêter la tige principale après le 4ième bouquet. Oter les gourmands qui naissent à l'aisselle des feuilles . Après un certain temps, mettre un peu d'engrais à tomates.

Witvlezige knolletjes met een rode kop. Kan zowel rauw als gestoofd gegeten worden. De knollen niet te groot laten worden anders worden ze voos. Bij voorkeur oogsten als ze ca. 6 cm groot zijn. Dun uitzaaien op regels en in de rij uitdunnen. De grond niet of zeer weinig bemesten en geschikt voor alle type grondsoorten. Dit soort is lekker van smaak en zeer vroeg oogstbaar (vandaar de verwijzing naar de naam "Meirapen").

Een ronde, zwarte rammenas (Rettich) die inwendig wit vruchtvlees heeft en geschikt is voor de late teelt. Een zeer smakelijke groente, die zeer gemakkelijk te telen is en nauw verwant is aan de radijs. De wortels hebben een tamelijk scherpe smaak en kunnen rauw als snack of bijv. als broodbeleg gegeten worden. Bevat veel verschillende mineralen, als calcium, fosfor, kalium en vitamine B en C. Voor winteropslag het loof afdraaien, niet afsnijden. Dun uitzaaien op regels. Bij te dichte stand geen knolvorming. De grond goed loswerken en niet teveel bemesten.

Een frisgroene botersla met grote kroppen en een goudgeel hart. Schiet niet snel, zoals de Nederlandse naam al aangeeft. Vooral geschikt voor de zomer- en herfstteelt. Kan onder glas (wel ventileren bij warm weer) en vanaf half maart ter plaatse worden gezaaid. Zaaisels in de zomer koel houden. Ruim uitdunnen en bij droog weer voldoende vochtig houden. Sla kan al bij zeer koele temperaturen (> 10ºC) worden gezaaid.

Stevige bol, grof gekarteld blad.

Een goudgele iets groenige struik.

Een van de vroegst oogstbare voorjaarsgroenten met een zeer kruidige smaak. Dun uitzaaien in het vroege voorjaar in volle grond of in de herfst onder glas. Niet uitdunnen. Oogsten als het gewas ongeveer 20 cm hoog is.

Vormt 30 cm hoge vroege zelfsluitende kroppen.

Half april onder glas, verspenen in potjes en half mei buiten uitplanten of dan pas buiten zaaien en in juni uitplanten. De zucchini in jong (15/20cm) stadium oogsten. De plant blijft dan geruime tijd nieuwe vruchten produceren.

Une belle et forte chicorée d’automne du type Wallonne. Les plantes très uniformes se blanchissent elles-mêmes. Très résistantes aux intempéries et à un haut degré d’humidité de l’air.

Mélange de plusieurs couleurs. Décoratif et appétissant.

Son goût ressemble à celui de l’épinard. Les feuilles et les jeunes pétioles sont comestibles. Semer à partir de mi-mars à fin juillet. Transplanter à 25x5 cm. Couper les plantes juste au-dessus du pied, lorsqu’elles ont 25 cm de hauteur et laisser les repousser.

Espèce de courge avec 3 à 6 fruits par plante. Les fruits sont plus longs que larges et pèsent de 3 à 6 kg, en jaune orange profond. Une chair à paroi épaisse de bonne qualité et appétissante.

Gros potiron de couleur bleu. On peut le manger cuit, mélangé avec des poireaux, de la sauge et de l’ail légèrement cuite.

Une chicorée magnifique, saine et à croissance rapide pour fin-été et automne. Feuilles mi-larges. Type frisé à la feuille tendre. Par sa croissance redressée, elle se blanchit elle-même.

Race améliorée à tige rouge. Très recherché pour confiture, compote et patisserie. Semer à partir d’avril en petits pots et plus tard en pleine terre: transplanter et planter à un espace ample où la plante peut se développer suffisament. Récoltes après 2 à 3 ans.